‘Genieten van pensioen maar ook nog van het werk’
Na meer dan 33 jaar trouwe dienst als bloedprikker bij pluimveebedrijven in Noord en Midden Limburg en Zuidoost Brabant, gaat Paul van Daal met pensioen. “In januari word ik 67 en dan is het officieel. Maar gelukkig kan ik op basis van een 0-urencontract nog enkele uren per week werken,” vertelt hij enthousiast. Met zijn pensioen neemt Paul niet alleen afscheid van het werk, maar ook van de vele vriendschappen en contacten die hij door de jaren heen heeft opgebouwd met pluimveehouders.
“Ik heb met veel pluimveehouders echt een band opgebouwd. Dat vind ik fijn. Ik heb kinderen op zien groeien. Nu zijn zij de opvolgers op het pluimveebedrijf. Mooi om zo de generatiewisselingen mee te maken.”
Start van pluimveewerk
Paul is geboren in Sint Anthonis, in een gezin zonder agrarische achtergrond. Zijn vader werkte als technisch monteur in Duitsland. Na het VWO kon Paul nog niet op de universiteit terecht en ging met zijn vader meewerken. “Dat beviel goed, ook vanwege mijn interesse voor motor- en autotechniek die ik van huis uit meekreeg. Ik melde mij weer aan op de universiteit. De studie sociale geografie/planologie leek mij wel interessant.” Na een maand of 9 hield Paul het voor gezien en ging weer met zijn vader mee werken. “Het werk lag in die tijd niet voor het oprapen. Via het uitzendbureau kwam ik op het dompelstation, een onderdeel van de GD, in Rijkevoort terecht. Daar “dipten” we de Mg- besmette eieren met antibiotica zodat de kuikens Mg vrij geboren werden.” Rond 1990 kwam de verplichte ruiming van mg besmette vermeerderingskoppels en werd het dompelen afgeschaft.
“Via het dompelstation kende ik ook Gerrit Reedijk, later ook bloedprikker bij de GD die op het dompelstation regelmatig kwam assisteren. Een collega waar ik altijd, en nog steeds, een fijn en goed contact mee heb gehad. Toen bloedprikker Piet Sampers uit Linne met pensioen ging, solliciteerde ik en kon ik zijn rayon overnemen.” Zo startte Paul in Noord en Midden Limburg en Zuidoost Brabant. “Mooi werk, de boer op, zelfstandig. Ik kwam bij alle soorten kippen: van grootouders, opfok en vleeskuikenouderdieren en soms bij kalkoenen.” Paul was inmiddels getrouwd met Marion en in Rijkevoort, op 5 kilometer afstand van St. Anthonisgaan wonen. Dat bevalt hen nog steeds prima.
Kwaliteitscontroles
Vanaf 1995 kwamen de kwaliteitscontroles ook bij het takenpakket van de bloedprikkers. “Dat was wel even wennen maar iedereen ziet het nut van kwaliteitscontroles wel in. Ik heb altijd geprobeerd om de regelgeving met een praktisch oog te benaderen. Maar, het moet uiteindelijk wel goed zijn natuurlijk.” Hij zag hoe de sector, mede door de invoering van kwaliteitssystemen, zich door de jaren heen professionaliseerde. Waar vroeger nog de buurman zomaar in de stal kwam buurten, gelden nu strenge hygiënemaatregelen, zoals douchen voor toegang. Ook de bedrijven zelf zijn veranderd: van gemengde bedrijven naar gespecialiseerde en vaak veel grotere pluimveehouderijen. Wat vroeger begon met bedrijven van 5.000 tot 10.000 dieren, zijn nu bedrijven met 30.000 ouderdieren geen uitzondering meer. Eerst had niemand twee of meer locaties. Nu komt dat regelmatig voor.
Vogelgriep
In zijn loopbaan maakte Paul meerdere periodes van vogelgriep mee, waaronder de grote uitbraak in 2003 die in de Gelderse Vallei begon. “In die tijd werden we gedetacheerd bij de Rijksdienst voor de Keuring van Vee en Vlees (RVV, nu NVWA) voor assistentie. Bijna heel mijn werkgebied, ten zuiden van de A67, was destijds leeg door ruimingen,” herinnert hij zich. Tijdelijk werd hij in de varkenssectie ingezet. Na maanden van stilstand begon het herstel en werden de bedrijven weer bevolkt met pluimvee, tot opluchting van Paul. “Ik heb nu eenmaal meer met kippen dan met varkens, en ik voelde me dan ook weer helemaal thuis.”
Paul werkte voor verschillende werkgevers: van GD Doorn naar Deventer, CBD, Kiwa-Verin. “Hetzelfde werk onder een andere naam. Ik ben blij dat ik dit werk altijd heb kunnen en mogen doen. Het is gezellig, gemoedelijk, afwisselend en ik ben blij dat ik het voorlopig een dag in de week kan blijven doen.”
Nu hij officieel met pensioen gaat, kijkt Paul uit naar meer tijd voor zijn hobby’s: motorrijden, reizen en klussen in en rond het huis. Zijn vrouw Marion werkt nog anderhalf jaar, maar samen hopen ze nog vele verre reizen en motortochtjes te maken. Deze winter brengt hij o.a. door met het bouwen van een Formule 1-auto van Lego, een afscheidscadeau van zijn collega’s bij Kiwa Verin.
Tot slot wil Paul iedereen bedanken: “Bedankt voor alle kopjes koffie en de gezelligheid, en tot ziens. De Bravo blijf ik zeker lezen!”

Foto: Een van Pauls hobby’s: motorrijden