Zoveel mogelijk 1e soort broedeieren, daar ga je als vermeerderaar voor! Om dit te bereiken moet er aan verschillende voorwaarden worden voldaan. Hierbij kijken we niet enkel naar de hen maar ook naar de haan. Met de juiste voeding, aangepast op de behoefte van de hen en haan, zorgen we voor een goede en stabiele productie bij de hen en voldoende paringen van de haan voor een uitstekende bevruchting. Met het goed sturen van de voergift en voerinhoud zorg je voor voldoende nutriënt inname, ook wanneer het koppel verder in productie komt. Zo zijn er voldoende bouwstenen aanwezig voor de vorming van het broedei.

Een goede schaalkwaliteit staat voorop om een goed broedproces te kunnen starten. Bij eieren met beschadigingen zoals breuk of haarscheuren is het broedei niet meer volledig beschermd. Vaak wordt er kritisch naar de prestaties in de stal gekeken, en is er oog voor bevuiling of beschadiging van de schaal. Echter, het bevruchte ei heeft nog een hele weg te gaan voordat het de broedkast ingeschoven wordt. De interne eikwaliteit is minstens zo belangrijk. Na het leggen ontwikkeld het embryo zich; celdeling start en het embryo groeit. Voor een optimale ontwikkeling moet het embryo in een rustfase gebracht worden (diapauze) zodat het in de broedkast na opwarmen weer doorgroeien kan en zich onder perfecte conditie ontwikkeld tot een kuiken.
Als het ei te lang op temperatuur blijft (>18 graden Celsius) groeit de kiemschijf verder uit en volgt er geen diapauze. Dit verhoogt de kans op vroege embryosterfte en afwijkingen. Koelt het ei te snel af, dan bestaat de kans dat de kiemschijf te klein blijft en ontstaat er condens vanwege het temperatuur verschil. Hierdoor worden eieren nat en dat geeft een directe kans op besmetting.
Een bevrucht ei moet hierom gezien worden als embryo; het leeft. Zorg ervoor dat de omgeving aangenaam is en “verwen” broedeieren zoveel als mogelijk. Hieronder staan een aantal praktische tips opgesomd die ingezet kunnen worden op het vermeerderingsbedrijf om de broedeikwaliteit zo optimaal mogelijk te houden voordat de broederij aan zet is:
- Houd nesten en banden zo schoon mogelijk, verzamel eieren zo snel mogelijk en zorg voor lege nesten en banden voordat het licht uitgaat.
- Verzamelen eieren minimaal twee keer per dag, bij hogere staltemperaturen vaker eieren afdraaien. Doe dit om ervoor te zorgen dat het ei geleidelijk afkoelt en in de diapauze terecht komt.
- Zorg er bij alle transporten voor dat er zorgvuldig gehandeld wordt; Voorkom schokbewegingen en beschadigingen aan de eieren door het systeem, meer haarscheuren zullen direct resulteren in minder uitkomsten door mogelijke besmetting. Controleer hierop!
- Zorg voor een graduele afkoeling tussen de stal, inpakruimte en opslagruimte; Pas op voor plotselinge temperatuur verschillen, ook bij het transport van opslag naar de transportwagen!
- Sorteer de eieren kritisch en pak 1e soort direct op de broedlades; Pak de lades vol van onder naar boven zodat je opnieuw opwarmen van al afgekoelde eieren voorkomt.
- Sla de broedeieren op met de punt naar beneden en de luchtkamer naar boven; Eieren die verkeerd om liggen hebben een lagere uitkomst omdat het kuiken door het sterkste stukje schaal moet pikken.
- Zorg voor een goed klimaat en voldoende en goed verdeelde luchtstroming in de opslag ruimte; Pas op voor tocht! Beperk ook het aantal opslag dagen, vanwege de toename van de luchtkamer zal het ei gewicht verliezen wat effect geeft op uitkomst.
- Voorkom zweten en kijk uit voor natte en vette eischalen, dit is een directe kans op besmetting door bacteriën en schimmels
